Misdaad in het Donker. Фиона Грейс
Чтение книги онлайн.

Читать онлайн книгу Misdaad in het Donker - Фиона Грейс страница 7

СКАЧАТЬ formatie overheen en elke fotografiestudent wil daar een zwart-wit foto van schieten. Het contrast van oude oorlog en nieuwe oorlog.” Ze gebaarde druk met haar handen en giechelde. “Dat weet ik omdat ik zelf ooit een van die studenten was.”

      Wel vier jaar geleden, dacht Lacey.

      “Er komen ook een miljoen andere professionele fotografen op af,” vervolgde Suzy op een manier die Lacey duidelijk maakte dat ze een nerveuze ratelaar was. “Het is een soort wedstrijd. Iedereen wil DE foto schieten, de foto die de bureau voor toerisme zal kopen. En dan zijn er nog de mensen die hun respect willen betuigen aan hun voorvaderen. En alle gezinnen die gewoon willen kijken naar de vliegtuigen die loopings vliegen.”

      “Ik denk dat ik me eens in de plaatselijke geschiedenis moet verdiepen,” zei Lacey, die zich een beetje stom voelde.

      “Oh, ik ben gewoon een geschiedenis nerd, dat is alles,” grapte Suzy. “Ik denk graag aan hoe mensen een paar generaties geleden leefden. Ik bedoel, het is helemaal niet zo lang geleden dat mensen wild schoten voor hun avondeten! Met name de Victoriaanse tijd fascineert me.”

      “Victoriaans…” herhaalde Lacey. “Schieten.” Ze knipte met haar vingers. “Ik heb een idee!”

      Er was iets aan het enthousiasme in Suzy’s grote ogen dat de stoffige radertjes in Lacey’s interieurontwerpster-geest weer aan het draaien had gekregen. Ze leidde Suzy naar de veilingzaal en toen door de gang naar het kantoor.

      Suzy keek geïntrigeerd toe terwijl Lacey de kluis opende en de houten kist met het flintlock geweer tevoorschijn haalde. Ze klikte de sluitingen open, tilde het deksel op en haalde zorgvuldig het antieke wapen eruit.

      Suzy haalde scherp adem.

      “Inspiratie voor je B&B,” zei Lacey. “Victoriaans jachthuis.”

      “Ik…” stamelde Suzy. “Het is…”

      Lacey wist niet of ze verontwaardigd of verwonderd was.

      “Geweldig!” dweepte Suzy. “Dat is een briljant idee! Ik zie het al voor me. Blauwe ruitjes. Fluweel. Corduroy. Een open haard. Houten panelen.” Haar ogen werden nog groter.

      “En dát is nu inspiratie,” zei Lacey tegen haar.

      “Hoeveel kost het?” vroeg Suzy enthousiast.

      Lacey twijfelde. Ze had niet de intentie om het cadeau van Xavier te verkopen. Ze had het alleen laten zien als creatieve springplank.

      “Het is niet te koop,” zei ze.

      Suzy trok een pruillip.

      Toen herinnerde Lacey zich wat Gina over Xavier had gezegd. Als Gina dacht dat het geweer te veel was, wat zou Tom er dan wel niet van denken als hij erachter kwam? Misschien was het inderdaad beter om het wapen gewoon aan Suzy te verkopen.

      “…Nog niet,” voegde Lacey eraan toe. “Ik wacht nog op wat papierwerk.”

      Suzy’s gezicht klaarde op. “Dus ik kan het reserveren?”

      “Dat mag zeker,” zei Lacey glimlachend.

      “En jou?” vroeg Suzy giechelend? “Mag ik jou ook reserveren? Als de interieurontwerpster? Alsjeblieft!”

      Lacey aarzelde. Ze deed geen interieurontwerp meer. Dat deel van haar leven had ze in New York achtergelaten, bij Saskia. Haar focus lag nu op het kopen en verkopen van antiek, op veilingen en de groei van haar zaak. Ze had geen tijd om voor Suzy te werken en tegelijkertijd haar winkel te runnen. Tuurlijk, ze kon Gina de leiding geven, maar nu er zoveel toeristen waren leek het niet verstandig om haar alleen in de winkel te zetten.

      “Ik weet het niet,” zei Lacey. “Ik heb nogal veel op mijn bord hier.”

      Suzy raakte verontschuldigend haar arm aan. “Natuurlijk. Ik begrijp het. Wat vindt je ervan om morgen langs te komen en het huis eens te bekijken? Zien of je het project wil aannemen als je er een beter gevoel bij hebt?”

      Lacey betrapte zichzelf erop dat ze knikte. Na alles dat er met Brooke was gebeurd, had ze gedacht dat ze voorzichtiger zou zijn om nieuwe mensen in haar leven toe te laten. Maar misschien moest ze al die narigheid gewoon verwerken. Suzy had een aanstekelijke persoonlijkheid waar ze zich gemakkelijk door kon laten meeslepen. Ze zou een goede zakenvrouw zijn.

      Misschien had Carol toch reden om zich zorgen te maken.

      “Het kan geen kwaad om even te komen kijken, toch?” zei Lacey.

      Over een week zou Lacey zich dit moment met Suzy herinneren. En dan zou de uitspraak beroemde laatste woorden bij haar opkomen.

      HOOFDSTUK DRIE

      Lacey reed in haar champagnekleurige Volvo langs de kust. Ze had de ramen open en voelde de warmte van het zachte middagzonnetje. Ze was onderweg naar het voormalige bejaardenhuis dat spoedig in Wilfordshire’s nieuwste B&B getransformeerd zou worden en er lag een verrassing voor Suzy op de passagiersstoel. Het was niet Chester—haar trouwe viervoeter lag veel te lekker te slapen in de zon om gestoord te worden en Lacey was er bovendien zeker van dat Suzy bang was voor honden—maar het flintlock geweer.

      Lacey wist niet of het een goed idee was om er afstand van te doen. Als ze het in haar handen had voelde het alsof het van haar was, alsof het universum haar vertelde dat ze ervoor moest zorgen. Maar ze kon Gina’s woorden over Xaviers intenties maar niet van zich af schudden.

      “Het is nu toch al te laat,” verzuchtte Lacey. Ze had al beloofd het geweer aan Suzy te verkopen en het zou behoorlijk onprofessioneel zijn om nu op de verkoop terug te komen vanwege niets meer dan een gevoel!

      Op dat moment passeerde Lacey Brooke’s oude theehuis. Alles was dichtgespijkerd. Al die moeite om de oude kanoschuur in een chique eetgelegenheid te transformeren was voor niets geweest.

      De gedachte aan Brooke maakte Lacey gespannen. Daar had ze absoluut geen behoefte aan nu ze zich ook al schuldig voelde over het feit dat ze afstand deed van het geweer.

      Ze trapte het gaspedaal in, hopend dat ze die vervelende gevoelens zo achter zich kon laten.

      Al snel bereikte Lacey de oostkant van de stad. Dit was het minder bevolkte deel, nog niet beïnvloed door de vele winkels die zich in de rest van de stad bevonden. Dit was het gebied dat burgemeester Fletcher volgens Carol niet ten goede zou veranderen.

      Toen zag Lacey de afslag die naar het voormalige Sunrise bejaardenhuis leidde. Ze reed de hobbelige weg op, die omhoogliep en aan weerszijden werd omgeven door berken die zo hoog waren dat ze een soort donkere tunnel creëren.

      “Dat is helemaal niet onheilspellend…” zei Lacey sarcastisch. “Helemaal niet.”

      Gelukkig werd de begroeiing al snel dunner en bereikte het daglicht haar weer.

      Lacey ving de eerste glimp op van het huis dat in de heuvels lag. Terwijl ze het exterieur evalueerde, schakelde haar interieurontwerpersgeest onmiddellijk in de versnelling. Het was een relatief modern uitziend, drie verdiepingen tellend landhuis van rode bakstenen. Vermoedelijk gebouwd in de jaren dertig en door de jaren heen gemoderniseerd. De oprit en de parkeerplaatsen waren gemaakt van grijs beton—functioneel maar afzichtelijk. De ramen van het landhuis hadden dikke kunststof kozijnen—prima om inbrekers buiten de deur te houden, maar niet bepaald een lust voor het oog. Er zou meer nodig zijn dan een paar strategisch geplaatste struiken om het exterieur eruit te СКАЧАТЬ