Alles op alles . Джек Марс
Чтение книги онлайн.

Читать онлайн книгу Alles op alles - Джек Марс страница 15

СКАЧАТЬ keek naar de andere bodyguard. Hij lag al onderuit op de grond met gesloten ogen, mond open, hoofd tegen de muur leunend. Ed had korte metten met beide gemaakt en ze uitgeschakeld. Luke had niet eens een schrammetje veroorzaakt.

      Luke pakte een paar plastic kabelbinders uit zijn zak en knielde naast zijn man. Hij bond de handen en enkels van de man stevig vast, als een slachtdier. Uiteindelijk zou iemand de man bevrijden en als dat gebeurde dan zou hij voor een lange tijd geen gevoel in zijn voeten hebben.

      Ed deed hetzelfde met zijn kerel.

      “Je bent een beetje roestig, Luke,” zei hij.

      “Ik? Nee joh, ik zou eigenlijk niet meer hoeven te vechten. Ze hadden mij aangenomen voor mijn hersens.” Hij voelde nog steeds de plek waar de man zijn hand om  zijn keel had gezeten. Morgen zou het zeer doen.

      Ed schudde zijn hoofd. “Ik was Delta Force, net als jij. Ik kwam twee jaar na de beruchte Stanley Militaire Buitenpostmissie in Nuristan erbij. Men sprak er toen nog steeds over. Hoe ze jullie daar hadden achtergelaten en dat jullie aangevallen werden. En de volgende ochtend waren er nog maar drie man aan het vechten. Jij was er een van, nietwaar?”

      Luke kreunde. “Ik weet niets van het bestaan van…”

      “Hou me niet voor de gek,” zei Ed. “Geclassificeerd of niet, ik ken het verhaal.”

      Luke had geleerd om zijn leven in luchtdichte compartimenten te leiden. Hij sprak zelden over dit militaire buitenpostincident. Het leek zo lang geleden, in een verlaten hoek van Oost-Afghanistan, zo afgelegen dat het inzetten van een paar grondtroepen iets zou betekenen. Het was verleden tijd. Zelfs zijn vrouw wist er niets van.

      Maar Ed was Delta, dus goed.

      “Ja,” zei hij. “Ik was er. Slechte inlichtingen hadden ons daar geplaatst en het werd de ergste nacht van mijn leven.” Hij gebaarde naar de twee mannen op de grond.

      “Dit lijkt op een aflevering van Happy Days in vergelijking met die nacht. We hadden negen goede mannen verloren. En net voor zonsopgang hadden we geen munitie meer.” Luke schudde zijn hoofd. “Het was hel. De meeste mannen waren dood. Behalve wij drie, wij overleefden. Ik weet niet of we er ooit echt overheen zijn gekomen. Martinez is vanaf zijn middel verlamd. Het laatste wat ik van Murphy heb gehoord is dat hij dakloos is en regelmatig opgenomen wordt in het psychiatrisch ziekenhuis voor veteranen.”

      “En jij?”

      “Ik heb tot de dag van vandaag nog nachtmerries hierover.”

      Ed bond de polsen van zijn man vast . “Ik kende een jongen die er met de opruimingsdienst was nadat het gebied was ontruimd. Hij zei dat ze 167 lichamen telden, onze jongens niet meegerekend. Er waren 21 sterfgevallen door man-tegen-mangevechten binnen de omheining.”

      Luke keek naar hem. “Waarom vertel je me dit?”

      Ed haalde zijn schouders op. “Je bent een beetje roestig. Niets om je voor te schamen. En je mag dan slim zijn, je mag dan klein zijn, je bent ook een spierbal, net als ik.”

      Luke lachte hard. “Oké, ik ben een beetje roestig maar wie noem je klein?” Hij lachte en keek op naar Eds enorme lichaam.

      Ed lachte terug. Hij doorzocht de zakken van de man op de vloer. Binnen een paar seconden had hij gevonden wat hij zocht. Het was de sleutelkaart van het digitale slot dat aan de muur naast de dubbele deuren hing.

      “Zullen we naar binnen gaan?”

      “Na jou,” zei Ed.

      Hoofdstuk 12

      “Jullie mogen niet hier binnen komen!” schreeuwde de man. “Eruit! Uit mijn huis!”

      Ze stonden in het midden van een grote open woonkamer. In de hoek stond een kleine witte vleugel, vlak bij de kamerhoge ramen met een spectaculair uitzicht. Het ochtendlicht scheen naar binnen. Dichtbij stond een moderne witte bank met bijpassende stoelen en een set koffietafeltjes, rondom een enorme flatscreentelevisie die aan de muur hing. Aan de muur daartegenover hing een groot schilderij van drie meter hoog met gekke vlekken en druppels in felle kleuren. Luke wist een klein beetje van kunst af en hij gokte dat dit een Jackson Pollock was.

      “Ja, ja, dat hebben we al van de jongens op de gang gehoord,” zei Luke. “We mogen hier niet zijn en toch zijn we hier.”

      De man was niet groot. Hij was klein en gedrongen. Hij droeg een dikke witte ochtendjas. Hij hield een groot geweer vast en de loop van het geweer was op hen gericht. Luke dacht dat het een oud Browning jachtgeweer was, waarschijnlijk geladen met .270 Winchester patronen. Dat ding zou een eland kunnen doden op vierhonderd meter afstand.

      Luke liep naar de rechterkant van de kamer, Ed naar links. De man zwaaide het geweer heen en terug, onzeker op wie hij het zou richten.

      “Ali Nassar?”

      “En wie wil dat weten?”

      “Mijn naam is Luke Stone. Dat is Ed Newsam. We zijn federale agenten.”

      Luke en Ed omringden de man en kwamen steeds dichterbij.

      “Ik ben een diplomaat verbonden aan de Verenigde Naties. U heeft hier geen jurisdictie.”

      “We willen u alleen enkele vragen stellen.”

      “Ik heb de politie gebeld. Ze kunnen elk moment hier zijn.”

      “In dat geval zou ik het geweer wegleggen als ik u was. Luister, het is een oud geweer. Dat ding heeft een handvergrendeling. Als u op een van ons schiet dan heeft u nooit tijd genoeg om het volgende patroon te laden.”

      “Dan schiet ik u neer en laat die andere leven.”

      Hij draaide richting Luke. Luke bleef langs de muur lopen met zijn handen omhoog om te laten zien dat hij geen dreiging was. Hij had in zijn leven al zoveel geweren en pistolen op zich gericht gehad dat hij niet eens meer wist hoeveel. Toch, bij deze had hij geen goed gevoel. Ali Nassar leek geen goede schutter, maar als het hem lukte om te schieten dan zou hij een groot gat in iets veroorzaken.

      “Als ik jou was dan zou ik die grote kerel kiezen. Want als je mij neerschiet dan is het de vraag wat hij met u zal doen. Ed mag mij.”

      Nassar weifelde niet. “Nee, ik pak jou.”

      Ed stond nu maar een paar meter achter de man. Binnen een seconde was hij bij hem. Hij schopte de loop van het geweer omhoog, net toen Nassar de trekker overhaalde.

      BOEM! Er klonk een luide echo in de gesloten ruimte van het appartement. Het schot scheurde door het witte gips van het plafond.

      In één beweging greep Ed het geweer, sloeg Nassar op zijn kaak en leidde hem naar een van de stoelen.

      “Oké, zitten. Voorzichtig, alstublieft.”

      Nassar was geschrokken door de klap. Het duurde enkele seconden voordat zijn ogen weer konden focussen. Hij hield een mollige hand tegen de rode zwelling op zijn kaak.

      Ed liet Luke het geweer zien. “Wat denk je hiervan?” Het was decoratief, met een parelmoeren inleg en een gepolijste geweerloop. Waarschijnlijk had het net nog ergens aan de muur gehangen.

      Luke richtte zijn aandacht tot de man in de stoel. Hij begon weer bij het begin.

      “Ali СКАЧАТЬ