Raji: Boek Een. Charley Brindley
Чтение книги онлайн.

Читать онлайн книгу Raji: Boek Een - Charley Brindley страница 2

Название: Raji: Boek Een

Автор: Charley Brindley

Издательство: Tektime S.r.l.s.

Жанр: Современные любовные романы

Серия:

isbn: 9788835413431

isbn:

СКАЧАТЬ target="_blank" rel="nofollow" href="#ulink_6737ad70-5364-535d-8d15-137b6fa08ada">Hoofdstuk eenentwintig

       Hoofdstuk tweeëntwintig

       Hoofdstuk drieëntwintig

       Hoofdstuk vierentwintig

       Hoofdstuk vijfentwintig

       Hoofdstuk zesentwintig

       Hoofdstuk zevenentwintig

       Hoofdstuk achtentwintig

       Hoofdstuk negenentwintig

       Hoofdstuk dertig

       Hoofdstuk eenendertig

       Hoofdstuk tweeëndertig

       Hoofdstuk drieëndertig

       Hoofdstuk vierendertig

       Hoofdstuk vijfendertig

       Hoofdstuk zesendertig

      Fuse duwde de deur van de schuur open; zijn adem stokte toen hij het meisje zag slapen in het hooi. Hij greep naar de deur voor steun. Zoiets was nog nooit gebeurd. Waar kwam ze vandaan?

      Mooi... wat is ze mooi.

      Het meisje lag op haar zij in een vierhoek Virginiaanse zon.

      Wat moet ik doen? Haar wakker maken? Haar met rust laten? Ik kan niet de hele dag naar haar staan staren... ook al zou ik wel willen.

      Hij porde met zijn laars tegen haar voet. "Hé, word wakker."

      Ze rilde, rolde zich in een bolletje en duwde haar handen tussen haar knieën. Een opgelapte, slobberende overall en een dun jasje bedekten haar kleine lichaam. Ze droeg versleten lakschoenen zonder veters of sokken.

      Ze is niet echt goed gekleed voor de winter.

      "Ransom." Het miniatuurpaard rolde van het hooi en ging bij de jongen staan. "Heb jij haar binnengelaten?"

      De kleine hengst maakte een zacht keelgeluid en stootte met zijn hoofd tegen de heup van de jongen terwijl hij aan zijn hand snuffelde.

      "Nee." Fuse verwisselde de metalen emmer naar zijn rechterhand en krabde het paard tussen de oren. "Ik heb geen snoep voor je vanmorgen."

      In het hooi, vlakbij het meisje, lag een kleine, gehavende koffer met een oude, lederen riem errond.

      "Waar komt ze vandaan, Ransom?"

      Hij hield zijn emmer schuin zodat het paard bij de haver kon die erin zat. Ransom, die vier jaar was, kwam maar tot de taille van Fuse.

      "Je moet vertrekken." zei Fuse met luide stem om het meisje te wekken. Met haar lange, zwarte haar en mooi gebruinde huid deed ze hem denken aan een Roma. "Dit is een schuur, geen hotel."

      Het meisje schoot wakker. Ze keek om zich heen en dan naar de koffer. Ze greep hem vast en drukte hem tegen haar borst.

      "Wat doe je hier?" vroeg hij.

      Ze schudde haar hoofd en keek hem boos aan. Haar ogen waren donkerbruin en smeulden uitdagend. Haar adem maakte snelle, kleine mistwolkjes als ze de ijskoude decemberlucht uitademde, net als bij Ransom nadat hij van een roedel honden weg gegaloppeerd was. Fuse wachtte even, maar ze zei niets.

      "Wel, je moet vertrekken." zei hij. "We willen geen bedelaars die in onze schuur slapen." Zijn woorden maakten grotere wolken dan de hare.

      Hij wees naar de deur. Ze keek ernaar, ging staan en nam haar koffer vast bij de riem.

      Waarom zegt ze niets tegen me?

      Ze harkte met haar vingers stukjes stro uit haar haar en stak haar kin uit terwijl ze zijn blik vasthield. Haar haar reikte tot onder haar taille. Ze was kleiner dan hem en een beetje jonger - dertien of zo - maar ze krabbelde niet terug, zelfs geen beetje. Hij bewonderde haar doorzetting en wenste dat ze tegen hem zou praten.

      “Oké, zeg dan niets.” zei Fuse. "Maar ik heb geen tijd om je te staan aanstaren. Kom, rappe Ransom. Even kijken hoe het met Stormy gaat."

      Ransom liep hem op een drafje voor naar de achterkant van de enorme schuur. Koerende duiven fladderden rond de balken en hielden dan halt met hun kopje schuin om het kleine paard te bekijken van op hun hoge zitstokken.

      Fuse stopte naast een Ford model T en controleerde de banden. De auto was maar vier jaar oud en in uitstekende toestand, maar er was niet meer mee gereden sedert het ongeval van zijn vader. Fuse reed er twee keer per week mee rond de boerderij om te verhinderen dat de motor het zou begeven, maar nooit op de hoofdweg. De auto had een platte band, maar dat zou moeten wachten tot na school.

      Het paardje galoppeerde terug naar Fuse en huppelde rond hem zodat het stof rondstoof.

      "Vooruit, ik volg je wel."

      Er loeide een koe toen hij erlangs liep. De sterke geur herinnerde hem eraan dat hij de stallen nog moest uitmesten voor hij vertrok.

      Ransom rende naar een halve deur van een stal die dicht was. Hij friemelde met zijn neus aan de grendel en slaagde erin hem te openen. De deur zwaaide open.

      "Hé, waar heb je dat geleerd?"

      Een tweede miniatuurpaard, een vrouwelijke palomino, stond zwaar te ademen naast een hoop hooi.

      "Hoe gaat het, Stormy?" Fuse knielde neer en streelde haar dikke buik.

      Ze draaide zich om om naar hem te kijken. Zijn aanrakingen leken haar te kalmeren.

      "Wedden dat je vandaag je baby krijgt." Hij keek over zijn schouder. "Als dat meisje een beetje slim was," fluisterde hij, "had ze hier geslapen, waar het warm is." Hij controleerde de kleine petroleumkachel die aan de muur hing. "De tank is halfvol. Genoeg om je de hele dag warm СКАЧАТЬ