Название: Een Droom Van Stervelingen
Автор: Морган Райс
Издательство: Lukeman Literary Management Ltd
Жанр: Героическая фантастика
Серия: De Tovenaarsring
isbn: 9781632916778
isbn:
HOOFDSTUK EEN
Gwendolyn opende langzaam haar ogen. Ze zaten dichtgeplakt van het zand en het kostte al haar kracht. Ze kon ze maar een klein beetje open krijgen en ze zag een wereld die wazig was, vol met zonlicht. Ergens boven haar schenen de verblindende woestijnzonnen, ze creëerden een wereld die haar met wit verblindde. Gwen wist niet of ze dood of levend was – ze vermoedde het laatste.
Verblind door het licht was Gwen te zwak om haar hoofd naar links of rechts te draaien. Was dit zoals het was om dood te zijn, vroeg ze zich af.
Plotseling viel er een schaduw over haar gezicht. Ze knipperde en zag een zwarte kap boven haar die het gezicht van een klein wezen verstopte, gehuld in duisternis. Het enige wat Gwen kon zien waren de kraalachtige, gele ogen die op haar neerstaarden, haar onderzochten alsof ze een of ander verloren object was. Het maakte een vreemd piepend geluid en Gwen besefte dat het in een taal sprak die zij niet verstond.
Er klonk geschuifel van voeten en vanuit een kleine stofwolk verschenen er nog twee van deze wezens over haar heen. Hun gezichten waren bedekt met zwarte kappen, hun ogen gloeiden helderder dan de zon. Ze piepten, het leek alsof ze met elkaar aan het communiceren waren. Gwen kon niet zeggen wat voor wezens het waren en ze vroeg zich wederom af of ze levend was of dat dit allemaal een droom was. Was het nog één van die hallucinaties waar ze de laatste dagen in de woestijnhitte last van had?
Gwen voelde een por op haar schouder. Ze opende haar ogen weer en zag één van de wezens haar met zijn staf porren, waarschijnlijk om te kijken of ze nog levend was. Gwen wilde het geïrriteerd weg slaan – maar ze was zelfs daar te zwak voor. Toch verwelkomde ze de gewaarwording; hierdoor kreeg ze het gevoel dat ze misschien, heel misschien, toch levend was.
Gwen voelde plotseling lange, dunne klauwen die haar polsen en armen omwikkelden. Ze voelde dat ze opgetild werd en op een of ander kleed gehesen werd, waarschijnlijk een doek. Ze voelde hoe ze over de woestijngrond gesleept werd, achteruit glijdend onder de zon door. Ze had geen idee of ze naar haar dood toe gesleept werd, maar ze was te zwak om er zich zorgen om te maken. Ze keek omhoog en zag de wereld langs haar heen gaan, de lucht stuiterde, de zonnen als altijd gloeiend heet en glanzend. Ze had zich in haar hele leven nog nooit zo zwak of uitgedroogd gevoeld; iedere ademhaling voelde aan alsof ze vuur inademde.
Gwen voelde plotseling een koude vloeistof langs haar lippen lopen en ze zag één van de wezens over haar heen leunen en hij goot water uit een zak. Het kostte al haar energie alleen al om haar tong uit te steken. Het koude water druppelde langs haar keel en ze had het gevoel alsof ze vuur doorslikte. Ze had niet door dat haar keel zo droog was geworden.
Gwendolyn dronk gretig, opgelucht dat deze wezens in ieder geval vriendelijk waren. Het wezen stopte echter na een paar seconden met gieten en trok de zak terug.
“Meer,” probeerde Gwen te fluisteren – maar de woorden wilden er niet uit komen, haar stem nog te raspend.
Gwen werd weer verder gesleept en ze probeerde de energie op te brengen om vrij te komen, om uit te reiken en de zak te pakken, om al het water op te drinken wat erin zat. Maar ze had niet eens de energie om een arm op te tillen.
Gwen werd gesleept en gesleept, haar benen en voeten botsten tegen hobbels en rotsen onder haar en het leek eeuwig door te gaan. Na een poosje wist ze niet meer hoeveel tijd er voorbij was gegaan. Het voelde als dagen aan. Het enige geluid wat ze hoorde was de woestijnwind, die meer stof en hitte droeg.
Gwen voelde nog meer koud water op haar lippen en ze dronk dit keer meer, totdat het weggetrokken werd. Ze opende haar ogen een beetje verder en toen ze het wezen de zak weg zag trekken, СКАЧАТЬ