Wet op het financieel toezicht – Wft. Nederland
Чтение книги онлайн.

Читать онлайн книгу Wet op het financieel toezicht – Wft - Nederland страница 28

Название: Wet op het financieel toezicht – Wft

Автор: Nederland

Издательство: Проспект

Жанр: Юриспруденция, право

Серия:

isbn: 9785392063086

isbn:

СКАЧАТЬ een of meer personen te benoemen als curator ten aanzien van alle of bepaalde organen of vertegenwoordigers van een financiële onderneming indien hij bij die financiële onderneming tekenen ontwaart van een ontwikkeling die het eigen vermogen, de solvabiliteit, of de liquiditeit van die financiële onderneming in gevaar kunnen brengen.

      4. Het besluit ingevolge het derde lid wordt slechts genomen:

      a. nadat door de financiële onderneming niet of niet volledig binnen de gestelde termijn aan een aanwijzing als bedoeld in artikel 1:75, tweede lid, gevolg is gegeven; of

      b. indien onverwijld ingrijpen noodzakelijk is en de financiële onderneming voorafgaand in de gelegenheid is gesteld haar zienswijze naar voren te brengen over het voorgenomen besluit.

      5. Het benoemingsbesluit bevat onder meer een beschrijving van de belangen waardoor de curator zich dient te laten leiden. De toezichthouder benoemt de curator voor ten hoogste twee jaren, met de mogelijkheid om deze termijn telkens voor ten hoogste een jaar te verlengen; de verlenging wordt terstond van kracht. Met ingang van het tijdstip waarop het besluit tot benoeming van de curator aan de financiële onderneming is bekendgemaakt mogen de desbetreffende organen of vertegenwoordigers hun bevoegdheden slechts uitoefenen na goedkeuring door de curator en met inachtneming van de opdrachten van de curator.

      6. Na de benoeming van een curator:

      a. verlenen de organen en de vertegenwoordigers van de financiële onderneming de curator alle medewerking;

      b. kan de toezichthouder de betrokken organen of vertegenwoordigers van de financiële onderneming toestaan bepaalde rechtshandelingen zonder goedkeuring te verrichten;

      c. kan de toezichthouder te allen tijde de door hem aangewezen curator vervangen;

      d. is voor schade ten gevolge van handelingen, die zijn verricht in strijd met een besluit als bedoeld in het eerste of derde lid, elke persoon die deel uitmaakt van het orgaan van de financiële onderneming dat deze handelingen verrichtte, hoofdelijk aansprakelijk tegenover de financiële onderneming, tenzij het verrichten van deze handelingen niet aan hem is te verwijten en hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen daarvan af te wenden;

      e. zijn de handelingen, bedoeld in onderdeel d, voorzover deze rechtshandelingen zijn, vernietigbaar, indien de wederpartij wist of behoorde te weten dat de vereiste goedkeuring ontbrak.

      7. Zodra de omstandigheid, bedoeld in het eerste of derde lid niet langer aanwezig is, trekt de toezichthouder het besluit tot benoeming van de curator in. De toezichthouder maakt het besluit tot intrekking onverwijld bekend aan de financiële onderneming.

      8. Het eerste, tweede en vijfde tot en met zevende lid zijn van overeenkomstige toepassing op een ieder die in of vanuit Nederland bedrijfsmatig buiten besloten kring opvorderbare gelden van anderen dan professionele marktpartijen aantrekt, ter beschikking verkrijgt of ter beschikking heeft.

      Artikel 1:77

      1. Indien een financiële onderneming ten aanzien waarvan de toezichthouder heeft ingestemd met een voornemen als bedoeld in artikel 2:107, 2:108, 2:111, 2:112, 2:115, 2:117, 2:118, 2:120, 2:121, 2:121a, 2:122, 2:127, of 2:130 van de toezichthouder een aanwijzing als bedoeld in artikel 1:75 heeft gekregen met betrekking tot de bedrijfsvoering of haar financiële positie, en die financiële onderneming hieraan niet of onvoldoende gevolg heeft gegeven, kan de toezichthouder besluiten er niet langer mee in te stemmen dat die financiële onderneming vanuit het bijkantoor of de vestiging of door middel van het verrichten van diensten haar bedrijf uitoefent of financiële diensten verleent in de andere staat. De toezichthouder doet mededeling van dit besluit aan de toezichthoudende instantie van de betrokken staat. Vanaf het tijdstip van deze mededeling is het de financiële onderneming verboden nog langer vanuit het bijkantoor of de vestiging of door middel van het verrichten van diensten haar bedrijf uit te oefenen of diensten te verlenen in de andere staat.

      2. Indien een verzekeraar een aanwijzing als bedoeld in artikel 1:75 heeft gekregen met betrekking tot de betrouwbaarheid of deskundigheid van de vertegenwoordiger van de verzekeraar of van een persoon die het dagelijks beleid van die verzekeraar bepaalt, en de verzekeraar hieraan niet of onvoldoende gevolg heeft gegeven, is het eerste lid van overeenkomstige toepassing.

      Artikel 1:78

      1. Indien een accountant of actuaris niet of niet meer de nodige waarborgen biedt dat deze zijn taak met betrekking tot de financiële onderneming naar behoren zal kunnen vervullen, kan de toezichthouder ten aanzien van deze accountant of actuaris bepalen dat hij niet langer bevoegd is de in deze wet bedoelde verklaringen met betrekking tot die financiële onderneming af te leggen.

      2. De toezichthouder maakt het besluit, bedoeld in het eerste lid, bekend aan de financiële onderneming.

      Artikel 1:79

      1. De toezichthouder kan een last onder dwangsom opleggen terzake van een overtreding van:

      a. voorschriften, gesteld ingevolge de in de bijlage bij dit artikel genoemde artikelen;

      b. de prospectusverordening;

      c. de verordening grensoverschrijdende betalingen;

      d. de verordening ratingbureaus; en

      e. artikel 5:20 van de Algemene wet bestuursrecht.

      2. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de uitoefening van de bevoegdheid, bedoeld in het eerste lid.

      Artikel 1:80

      1. De toezichthouder kan een bestuurlijke boete opleggen terzake van overtreding van:

      a. voorschriften, gesteld ingevolge de in de bijlage bij dit artikel genoemde artikelen;

      b. de prospectusverordening;

      c. de verordening grensoverschrijdende betalingen;

      d. de verordening ratingbureaus; en

      e. artikel 5:20 van de Algemene wet bestuursrecht.

      2. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de uitoefening van de bevoegdheid, bedoeld in het eerste lid.

      Artikel 1:81

      1. Het bedrag van de bestuurlijke boete wordt bepaald bij algemene maatregel van bestuur, met dien verstande dat de bestuurlijke boete voor een afzonderlijke overtreding ten hoogste € 4 000 000 bedraagt. Indien tijdens het plegen van de overtreding nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert het opleggen van een bestuurlijke boete aan de overtreder ter zake van eenzelfde overtreding, wordt het bedrag van de bestuurlijke boete, bedoeld in de eerste volzin, voor een afzonderlijke overtreding verdubbeld.

      2. De algemene maatregel van bestuur, bedoeld in het eerste lid, bepaalt bij elke daarin omschreven overtreding het bedrag van de deswege op te leggen bestuurlijke boete. De overtredingen worden gerangschikt in categorieën naar zwaarte van de overtreding met de daarbij behorende basisbedragen, minimumbedragen en maximumbedragen. Daarbij wordt de volgende indeling gebruikt:

      Categorie

      Basisbedrag

      Minimumbedrag

      Maximumbedrag

СКАЧАТЬ